23 september 2016
Op vrijdag vertrekt de groep naar Skoura, een dorpje op ongeveer een drie kwartier rijden vanaf Ouarzazate. We zijn daar uitgenodigd door de president van een oudervereniging in oprichting.
We hebben om 9.00 afgesproken bij Ibtisama voor vertrek. Het minibusje van de Amerikaanse groep staat keurig klaar maar de vrouwen van Ibtisama gaan nog even uitgebreid ontbijten. Ik vraag voor de zekerheid nog even of de studenten hun computers hebben meegenomen. “ja, ja, we hebben alles.” antwoordt een van hen. “Ook de interviews?” vraagt hun docent. “Oh nee. Wie heeft die doos?” “Jij toch?” “Nee ik niet.” De docente zucht en maant de studenten om die direct op te halen uit hun hotel. De auto rijdt weg onder de verbaasde blik van de ontbijtende vrouwen.
We gaan een half uur te laat weg en daarom houd ik een kleine briefing in de auto, om de teamindeling vast te leggen en af te spreken hoe we straks direct aan de slag kunnen gaan. Sommige families zitten namelijk al een half uur op ons te wachten. Bij aankomst handelen de studenten dan ook als een geoliede machine. Ze sjouwen direct met stoelen en tafels, richten de ruimtes in die ons aangewezen worden door de aanwezige beheerders, verdelen de papieren en beginnen direct de wachtende families binnen te vragen.
Ik voel echter enige irritatie en verwarring bij de mensen van dit centrum van wie ik ook geen idee heb welke functie ze hebben. Meryam is nog onderweg in een taxi dus kan me niet helpen en ik begin me zelfs af te vragen of we niet per ongeluk het verkeerde gezondheidscentrum zijn binnen gevallen en of de wachtende families eigenlijk wel op ons zaten te wachten. Nergens is de president te bekennen van de oudervereniging die ons uitnodigde.
Gelukkig blijken we wel in het juiste centrum aan het werk te zijn gegaan, maar alleen heeft de president verzuimd de mensen van dit gezondheidscentrum te informeren over onze aanwezigheid vandaag. Logisch dat ze ‘not amused’ waren met al die wachtende families waar ze niets van wisten en met onze overval. Ik bel Fatima Zohra, die de president belt, die de beheerder belt, en zo komt alles uiteindelijk goed.
We zijn allemaal onder de indruk van de ervaringen in Skoura. De oudervereniging is in oprichting en er is nog geen dagopvang zoals in Ouarzazate. De studenten verwoorden hun verbazing over het feit dat deze mensen, die hemelsbreed zo dicht bij Ouarzazate wonen, toch zoveel minder kennis hebben en geen ondersteuning. Velen hebben geen dokter bezocht met hun kind.
Het is een opgave voor het hele team. Onze jonge vertaalster, die uitstekend Engels spreekt, en zelf een zusje is van een gehandicapt meisje uit Ouarzazate, moet tot twee keer toe een interview verlaten omdat ze haar tranen niet kan bedwingen. De interviewers zijn ook behoorlijk onder de indruk. Als eindelijk de laatste families gezien zijn, zijn we meer dan een uur uitgelopen en is iedereen zeer toe aan een pauze.
Het is vrijdag. We zijn uitgenodigd bij de vice-president van de vereniging. We proppen ons met veel te veel mensen in het minibusje en rijden door de droge rivierbedding naar zijn huis. Daar zitten we in een prachtig traditioneel huis, op kleden en kussens op de grond. We worden getrakteerd op een heerlijke couscous. Aan het eind van de middag is er nog wat tijd voor een bezoek aan de Kasbah van Skoura.
De volgende ochtend komen we met de mensen van Ibtisama, de studenten en vertalers bij elkaar om te evalueren en debriefen. Om beurten vertelt iedereen over zijn of haar ervaringen. Er komen prachtige dingen naar voren. Ze vertellen allemaal hoezeer ze onder de indruk zijn van de gastvrijheid die ze genoten hebben en van de kracht van vrouwen. Ze loven het team van Ibtisama om wat ze bereikt hebben. Het viel hen op dat de ouders in Ouarzazate veel beter wisten wat autisme was en meer zorg kregen dan veel ouders die ze hadden ontmoet in de andere steden. Fatama Zohra raakte ervan in tranen en nam het applaus van de studenten ontroerd in ontvangst.
Het was ook een compliment aan het adres van stichting Nour. De studenten vertelden dat ouders op de vragen: ‘Heeft u ooit informatie gekregen over autisme?’, ‘Heeft u ooit een cursus gevolgd?’ vaak “Stichting Nour” antwoordden, hetgeen natuurlijk niet tot de antwoord categorieën van de enquête behoorde. Ze merkten dat het kennisniveau van ouders in Ouarzazate over het algemeen aanmerkelijk hoger was dan in andere steden.
De studenten vertelden wat ze er zelf van meenemen:
“Ik zal nu minder snel klagen over kleine dingen die eigenlijk onbelangrijk zijn.”
“Hier zie je pas hoe goed wij het hebben”
“Ik zal nooit vergeten wat ik hier heb gezien en gehoord”
“Je weet natuurlijk wel dat er veel mensen zijn die het moeilijk hebben in de wereld, maar als student op een campus in de VS kom je daar niet zo snel meer in aanraking.”
Een van de studenten vertelde dat ze zelf een zusje heeft met autisme en zich nu ten volle realiseert hoe belangrijk het is dat je dan zorg en onderwijs tot je beschikking hebt. Een andere student vertelde dat ze tot ’s avonds laat niet uitgepraat raakten over de verhalen en dat ze zelfs op internet hebben geprobeerd op te zoeken welk syndroom een van de kinderen die ze ontmoet hadden, zou kunnen hebben.
Na deze debriefing sluiten we het af met vrolijker zaken: een groepsfoto, een afscheidswoord en een feestelijke verkleedpartij in traditionele kleding voor de docente en de vrouwelijke studente. Ik moet het feestje voortijdig verlaten om de bus te nemen naar Marrakech. De volgende uitdaging wacht ons daar.
Maretha