Vrijdag 25 oktober 2013
Vandaag, helaas, al weer mijn laatste dag hier. We hebben keihard gewerkt deze week en meestal werd het behoorlijk laat ’s avonds. Ik bewonder dan ook de vrijwilligers. Ik noem ze de ene keer leerkracht en de andere keer vrijwilligers. Ze zijn het eigenlijk allebei. Ze werken hier full-time is de klas maar krijgen daar niet voor betaald. Dankzij de bijdrage van stichting Nour (en dat is weer dankzij onze donateurs, vrienden en sponsoren!!) kan in het komende schooljaar één van hen een normaal salaris krijgen en kunnen de anderen een soort fooi krijgen voor hun werk. Intussen is het aantal uren dat ze maken niet gering en komen ze soms ook in het weekend opdraven voor bijeenkomsten, zoals voor de ouderbijeenkomst morgenmiddag.
De laatste dag hebben we gewerkt aan het verfijnen van de routine en de manier van begeleiden van de kinderen. Voor de leerkrachten is het wennen om de kinderen zelf te laten werken. Al snel zetten ze hun stoel ernaast en helpen actief mee. Gisteren hebben we dat besproken aan de hand van videobeelden en vandaag gingen ze elkaar daarop wijzen. Dat werkte uitstekend. Het was dan ook heel leuk om tijdens de evaluatie de geslaagde videobeelden daarvan te bekijken. Ik vroeg vandaag op welke manier ze vandaag wilden evalueren: de “Marokkaanse” of de “Nederlandse”. Unaniem werd gekozen voor de “Nederlandse” manier en werden de telefoons uitgezet. Overigens is dit ook gebruikelijk in de meeste Marokkaanse bijeenkomsten en ook het maken van een agenda en actielijsten is in Marokko niets nieuws, maar voor dit startende team in het zuiden van het land was het wel iets nieuws. Vandaag hing de lijst met afspraken pontificaal in de klas.
Met spijt neem ik afscheid. Het zou fijn zijn om nog een weekje samen te werken. Maar ik heb er vertrouwen in. Het team is enthousiast, de basis is gelegd, de kinderen kennen de routine (soms nog beter dan de volwassenen) en de resultaten waren positief. Bovendien heb ik het programma gepresenteerd aan een inspecteur van onderwijs die er zeer positief over was en die het graag zou willen ondersteunen en wellicht zelfs uitbreiden naar andere scholen.
Over een paar maanden kom ik terug. Dan bouwen we erop voort, als God het wil, zoals men hier zegt.